De Shetlander komt van de shetlandeilanden, in het noorden van Schotland. Op deze eilanden heerst een klimaat van kou, wind en regen. Er is daar maar weinig voedsel te vinden. De Shetlander heeft zich aan dit klimaat weten aan te passen door een dikke staart, een grote bos manen en een hele dikke vacht te krijgen in de winter. De pony's bleven door het schaarse voedsel klein van stuk, sober en sterk. Op de Shetlandeilanden werkte de shetlander veel als lastdier. Later werd hij ook voor de kolenmijnen gebruikt , maar dat komt nu niet meer voor. Nog later kwam hij ook naar Nederland en had daar een rol als trekdier, de pony nam toen ook de rol van de trekhond die toen nog bestond. Op kleine landbouw en fruitteeltbedrijven deed hij veel werk. Het is bekend dat een Shetlander, in verhouding met zijn maat en gewicht, sterker is dan een groot trekpaard.

de fjordenpony

De fjord komt uit de streken rondom de westkust van Noorwegen. ze zijn vernoemd naar inhammen in de kust die in noorwegen fjorden worden genoemt. De fjord is een van de oudste paardenrassen in europa. In 1954 werden voor het eerst 50 fjordenmerries (meisjes)  naar Nederland gebracht. Als de fjord een pony was die veel wilde leren, sterk, lief en gehoorzaam was, gingen de boeren de fjord gebruiken voor het zware werk zo- als: op het land ploegen en gleuven maken voor het zaaien, boomstammen uit het bos slepen en mensen naar plaatsen vervoeren in karren. Fjorden moesten dus eerst op proef. de proef was geslaagd. Toen kwamen er ook 3 fjorden- hengsten (jongens) in Nederland. Dus toen begon het fokken van fjorden ook in Nederland. Na een tijdje kwamen in Denemarken en andere delen van europa ook fjorden. Nu bestaat het ras over de hele wereld. In Nederland zijn nu 25 fjordenhengsten jong en oud die fjordenmerries dekken. Zo blijft de fjord bestaan.

Je kunt fjorden nog steeds voor veel dingen gebruiken en ze hebben nog veel eigenschappen van vroeger.

Zoals; karretjes trekken, nu staan fjorden ook veel voor de huifkar, ook staan ze vaak op een manege. daar doen ze er dan voltige (turnen op het paard) of ze rijden in de les.

Ook grote mensen kunnen op fjorden rijden, het zijn dan wel pony’s maar ze zijn wel heel sterk.

De fjord heeft een schofthoogte van 1.35 tot 1.50 ( de schofthoogte meet je vanaf de grond tot aan het eindpunt van de manen), daarom word het een pony genoemd. De schofthoogte van een paard begint in Nederland vanaf 1.57

Je kunt de fjord ook herkennen aan rechtopstaande manen. maar als je die laat doorgroeien worden ze door het gewicht te zwaar en gaan de manen hangen. ook kun je een fjord herkennen aan de aalstreep die na de manen nog doorgaat tot de staart.

de ijslander

Toen aan het einde van de 9e eeuw de eerste inwoners op IJsland kwamen wonen, waren daar geen paarden. De Vikingen  namen paarden en andere huisdieren mee uit de gebieden waar ze vandaan kwamen, vooral uit Noorwegen, maar ook van de Schotse eilanden. een dier daarvan was het paard.